Hallo lieve lezers, Hier ben ik terug met mijn allerlaatste blogbericht. In dit blogbericht zal ik het hebben over mijn laatste twee weken in Suriname en over mijn terugreis naar België. In de laatste twee weken hebben we nog drie uitstappen gedaan. Een vierdaagse uitstap naar Voltzberg, een driedaagse uitstap naar Tio boto en een tweedaagse uitstap naar Brownsberg. De eerste uitstap waar ik iets meer over zal vertellen, was de vierdaagse uitstap naar Voltzberg. Het was de paaseditie van deze tour dus we waren in totaal met 60 personen. Ook was Robin, een gids die we kenden van onze schildpaddentour, mee. Heel vroeg in de ochtend , om 7u vertrokken we met Radjen naar de verzamelplaats. Als iedereen aanwezig was, konden we samen vertrekken met verschillende busjes. Eerst reden we naar Zanderij, dit is ongeveer anderhalf uur rijden. Daar kregen we een korte plas- en eetpauze. Na Zanderij moesten we nog drie uur op de bus zitten, nu was het enkel op een zandweg waar veel putten in zaten. Wij zaten helemaal achteraan in de bus en werden soms goed door elkaar geschud. Na deze busrit moesten we nog 3 uur op een bootje zitten voor we aankwamen op onze verblijfplaats. Deze bootritten doe ik heel graag, omdat je heel lang vaart tussen de natuur en je geen andere mensen of dorpen tegen komt. Aangekomen op onze verblijfplaats, mochten we onmiddellijk onze hangmat installeren. Aangezien we een van de eerste groepen waren, konden we ons een mooi plaatsje bemachtigen met een prachtig uitzicht. De tweede dag kregen we een lekker ontbijt en hadden we een prachtig uitzicht op de Raleighvallen (watervallen en stroomversnellingen) die voor onze verblijfplaats stroomden. We zijn met een kleine groep naar de moedervallen geweest. Hiervoor moesten we eerst een half uurtje wandelen door het regenwoud, Wilfried een indiaan was onze gids en kon heel veel vertellen over de verschillende planten en bomen in het regenwoud. We hebben van hem ook aan een liaan mogen slingeren (net zoals Tarzan, haha). In de namiddag hebben we ons gewassen en hebben we een beetje gezwommen in de rivier. Dit was heel verfrissend. ’s Avonds zijn we met z’n vieren en Robin op pad gegaan voor een avondwandeling. Het was al donker, want dan kan je de meeste dieren zien. Zo hebben we enkele babyvogelspinnen, een grote pad en een zwaluw die aan het slapen was gezien. Je kan deze dieren snel zien omdat hun ogen reflecteren in het donker. De derde dag zijn we heel vroeg opgestaan, omdat we die dag Voltzberg zouden beklimmen. We namen een stevig ontbijt en vertrokken met het bootje naar de vertrekplaats. Om tot bij Voltzberg te geraken, moet je eerst 2,5 à 3u stappen naar een plateau. Vanop het plateau kon je Voltzberg zien liggen. Als we de berg zagen, moesten we toch even slikken. Hij was groter en steiler dan gedacht, eerst geloofden we niet dat het die berg was die we zouden beklimmen. We moesten nog 20 minuten verder door het bos stappen tot we aan de voet van de berg kwamen. De berg zelf hebben we in een dik half uur beklommen. Het was heel steil en soms ook glad. Robin had ons uitgelegd dat we net zoals indianen al zigzaggend naar boven moesten wandelen, dan zou het iets minder lastig zijn. We waren kapot als we de top bereikten, maar het uitzicht maakte alles goed. Op de terugweg hebben we nog enkele mooie dieren gezien zoals een pijlgifkikker. Als we terug op onze verblijfplaats waren, hebben we een verfrissende duik genomen in de rivier en als avondeten kregen we overheerlijke barbecue. Omdat het onze laatste avond was, was er ook nog een optreden voorzien van the raleighboys. Ze maakten muziek met verschillende trommels en andere slaginstrumenten en wij mochten dansen. De volgende dag begon onze tocht terug naar huis, eerst 3u op een bootje, dan 3u op een busje tot zanderij op een hobbelige weg. (Deze keer zaten we niet achteraan.) Ten slotte nog 1,5u naar Paramribo. Moe maar voldaan kwamen we thuis aan. De tweede uitstap die we gedaan hebben, was een driedaagse uitstap naar Tio boto. Om in Tio boto te geraken moesten we eerst 3u in een busje zitten. We stapten uit in Atjonie (Hier zijn we ook geweest met onze binnenlandse stage.) en vanuit Atjonie moesten we nog 3u op een bootje zitten. We maakten veel tussenstoppen en kwamen ook alle dorpjes waar we les hadden gegeven tegen. Het was leuk om ze nog eens terug te zien, er kwamen veel herinneringen naar boven. Als we aankwamen in Tio boto hebben we ons eerst geïnstalleerd en daarna zijn we met een bootje naar een eilandje gevaren dat uit 5 grote rotsen bestond. Daar hebben we ons kunnen verfrissen. ’s Avonds kregen we grietbanasoep, dat is soep gemaakt van bakbanaan. Het was de eerste keer dat we het proefden en het was lekker. De tweede dag kregen we een beetje slecht nieuws, we zouden het ananasgebergte beklimmen, maar dat ging niet meer. Er werden namelijk rituelen uitgevoerd in het bos voor de ananasberg en wij mochten niet in het bos komen. In de plaats hebben we een stadswandeling gemaakt en hebben we een bezoek gebracht aan de grahman. Hij is de leider van alle Saramaccanen, dat zijn alle stammen die gevestigd zijn aan de Surinamerivier. Na het dorpsbezoek zijn we naar de tapa watra gevaren. Het zijn watervallen waar 2 rivieren samenkomen, hier begint ook de Suriname. Je kon je lekker verfrissen en glijden van de watervallen, heel tof! Als we terug in Tio boto aankwamen, mochten we samen met Nikolle, de gastvrouw, rijst stampen. Je stampt rijst, om de rijst uit zijn omhulsel te halen. Je moet een zware stok stampen in een houten kom die heel stevig is. Het is een heel lastig en precies werk, want als je niet in het midden stampt, kan het zijn dat de helft van de rijst uit de kom vliegt. We mochten het alle vier proberen, maar na enkele keren te stampen stonden we al nat in het zweet. ’s Avonds hebben we de zelfgestampte rijst mogen opeten, deze was overheerlijk! De derde dag hebben we lekker ontbeten en hebben we alles ingepakt. We zijn terug met het bootje naar Atjonie gevaren en daar hebben we terug een bus richting Paramaribo genomen. We zijn niet tot in Paramaribo gereden, maar we zijn uitgestapt aan Brownsweg. Daar wachtte Robin, onze gids, ons op. We zijn samen met hem naar stone-eiland gereden. Stone-eiland is een plaats aan een groot stuwmeer, in het stuwmeer zijn er verschillende eilanden, vandaar de naam. Het is echt een hele mooie plek. Er waren weinig mensen dus mochten we zelf onze plaats kiezen waar we zouden slapen. We hadden een prachtig uitzicht op het stuwmeer en op de Brownsberg die we de volgende dag zouden beklimmen. Als we onze hangmat hadden geïnstalleerd, hebben we een duik genomen in het stuwmeer. Het was echt zalig, want het water was warm. Het was ook de eerste keer dat we gingen zwemmen dat er geen stroming op het water zat of dat er rotsen in lagen waar je je aan kon pijn doen. Robin heeft ’s avonds voor ons gekookt en na het avondeten zijn we nog een boswandeling gaan maken. We hebben terug verschillende dieren gezien zoals een tarantula, een wolfspin en veel kikkers. Na de wandeling zijn we gaan slapen, het was de laatste nacht in een hangmat. Ik heb heerlijk geslapen, maar was de volgende ochtend vroeg wakker. Er was een hele mooie zonsopgang te zien. We hebben nog snel een duik genomen in het meer en dan hebben we ons klaargemaakt om de Brownsberg te beklimmen. Surinamers hebben een andere invulling van bergen beklimmen, ze maken een weg zodat je tot op de top kan rijden met de auto en vanop de top kan je verschillende afdalingen maken. De weg naar de top is wel hobbelig. We deden drie kwartier om 13 km te rijden. Als we op de top kwamen, moesten we nog 20 minuten stappen om de hoogste top van de berg te bereiken. Daar had je echt een prachtig uitzicht en kon je heel veel verschillende dieren horen. Nadat we de top hadden bereikt, heeft Robin ons meegenomen naar de Leovallen. Dit is een heel mooie waterval. Omdat we helemaal bezweet waren, hebben we snel onze bikini aangetrokken en zijn we eronder gaan staan. Het was heel verfrissend en hier in Suriname zeggen ze dat een waterval je een gratis rugmassage geeft. Het water was ook drinkbaar. Na onze verfrissende duik, zijn we helemaal terug naar de top gestapt, daar stond onze taxi ons al op te wachten. We waren moe maar voldaan. We hebben eerst Robin afgezet bij zijn huis, daar hebben we kennis gemaakt met zijn huisdieren: 3 honden en een kat. Ze waren heel erg lief en vonden het fijn dat ze zoveel aandacht kregen. Hier moesten we ook afscheid nemen van Robin. We kenden Robin al goed, hij heeft ons heel erg veel geleerd over de natuur. Ik zal hem nooit vergeten! Onze laatste dagen waren aangebroken in Suriname. We hadden al afscheid genomen van Robin en van Jetty onze huisbazin. We hadden voor haar en een vriendin van haar gekookt voor onze uitstap naar Tio boto. Als laatste moesten we afscheid nemen van onze buurkindjes. We hebben hen uitgenodigd om te komen eten bij ons. We hadden nog een laatste cadeautje gekocht voor hen en zij hadden ook een cadeautje mee voor ons. Zo zouden we hen nooit kunnen vergeten. We hebben onze laatste souvenirs gekocht en toen moesten we onze valies beginnen maken. Camille en ik hebben elk een extra valies gekocht en toch was het nog nipt om er alles in te krijgen. Radjen kwam ons ophalen en toen moesten we definitief afscheid nemen van onze buren. Zoë, ons buurmeisje was er helemaal kapot van. Ook voor ons was het een moeilijk afscheid. We hebben nog een plezante rit naar de luchthaven gehad. Daar hebben we afscheid genomen van Radjen, onze Surinaamse papa. De vlucht naar België verliep vlot. Natuurlijk ben ik zoals gewoonlijk wel tegengehouden door de douane. Maar eenmaal ik door de douane was, kon ik mijn mama terug zien. Ze stond er samen met Francis op me te wachten. Ik was heel gelukkig toen ik hen terug zag. We zijn samen met de hele bende nog iets gaan drinken en toen moesten we echt afscheid nemen. Vooral het afscheid van Camille was moeilijk, we hebben een goede band en hebben ook drie maanden een kamer gedeeld. Nu moet ik terug alleen slapen. Ondertussen ben ik al enkele dagen terug in België. Ik ben nog wat moe en heb het koud. Ik zit hier met een dubbel gevoel. Enerzijds ben ik heel blij dat ik terug ben en dat ik iedereen die ik gemist heb terug kan zien. Anderzijds heb ik ook veel mensen achtergelaten in Suriname die ik erg zal missen. Een ding weet ik zeker, Suriname zit voor altijd in mijn hart. Tang bun (Het ga je goed) Vele groetjes xoxo
0 Comments
Hallo lieve lezers, Hier ben ik terug. Ik schrijf kort over wat ik de afgelopen twee weken heb gedaan. De binnenlandse stage en het afscheid op de Sint-Bernadetteschool waren heel intensief, maar ik heb er ook volop van genoten. Vrijdag voor het vertrek naar het binnenland was het de laatste dag dat Camille en ik onze fiets konden gebruiken, daarna zouden we hem moeten inleveren. We hadden een goed idee om onze fietsen nog een laatste keer goed te gebruiken. Onze andere huisgenoten hebben voor een dag een fiets gehuurd. We trokken er samen op uit naar Peperpot. Dit is een oude plantage uit de slaventijd waar ze koffiebonen teelden. We zijn eerst met onze fiets in een bootje gestapt en hebben de veerboot naar Meerzorg genomen. Meerzorg is een ander district en ligt tegenover Paramaribo. We fietsten een half uurtje voor we aan het begin van de plantage kwamen. Althans dat dachten we. Eenmaal we aan het begin van Peperpot kwamen, moesten we nog 3 kilometer door het bos fietsen voor we aan de plantages uitkwamen. Dit vonden we helemaal niet erg. Het bos waar we door fietsten/stapten was heel mooi. Je hoorde heel veel verschillende geluiden en je zag verschillende bewegingen in de bomen en op de grond. We hebben heel veel aapjes gezien die in de bomen slingerden en we hebben heel erg grote hagedissen, sapakara’s gezien. Het was een hele mooie plaats en je kon er helemaal tot rust komen. Eenmaal we uit het bos kwamen, kwam je aan de plantages. Daar was nog maar weinig van te zien. Je kon wel een paar vervallen huisjes zien en er was ook een grote hangar (waarschijnlijk van vroeger), waar enkel nog het skelet en het dak van te zien was. We hebben er even geschuild, want er kwam een Surinaamse regenbui op ons af. Na de regenbui zijn we terug naar huis gefietst. Camille en ik besloten om onze fiets pas de volgende dag in te leveren dus we zouden een shortcut naar huis nemen, over de brug. We hadden gezien dat er een gedeelte was waar er geen auto’s reden, afgeschermd door een railing. We hadden een probleem, we geraakten er niet. We wouden niet helemaal terug fietsen naar de veerboot dus besloten we om iemand aan te spreken om ons met onze fietsen mee te nemen over de brug. We hadden snel een vriendelijke Surinamer gevonden, die het geen enkele probleem vond om ons over de brug te zetten. Moe maar voldaan kwamen we thuis. Veel tijd om te recupereren hadden we niet, want we hadden onze laatste salsales. In de laatste salsales hebben we alle passen herhaald en dan was er een test. Iedereen had heel veel stress, maar we hebben het er goed vanaf gebracht. Iedereen heeft zijn diploma gehaald. We werden op drie onderdelen beoordeeld: ritme, partnerdans en styling. Op de eerste twee onderdelen behaalde ik ‘uitstekend’ en op het laatste onderdeel scoorde ik ‘goed’. We waren allemaal heel gelukkig en vanaf nu zijn we semi-gevorderde salsadanseressen. Het volgende waar ik over schrijf is de binnenlandse stage. We zouden normaal gezien zaterdagmorgen vertrekken, maar vrijdag werden we opgebeld en vertelden ze ons dat we pas zondagochtend zouden vertrekken. We vonden het niet zo erg, zo konden we nog een keer uitslapen. Zondag werden we om 7 uur verwacht op het CPI en om 9 uur vertrokken we met de bus richting Atjonie. Deze busrit duurde ongeveer drie uur. In Atjonie moesten we de vrachtwagen met alle bagage uitladen en daarna de bagage terug inladen op bootjes. We moesten vanuit Atjonie nog een half uurtje varen naar Jawjaw. Daar kreeg iedereen een hut waar we de komende dagen (in onze hangmat) zouden slapen. Het was een hele warme dag geweest, maar gelukkig was er een rivier waar we ons in konden verfrissen. ’s Avonds hebben we met de hele groep nog enkele liedjes gezongen. Het waren allemaal christelijk getinte liedjes, maar er was wel een leuke sfeer. Het deed me een beetje aan scoutskamp denken. De volgende dagen werden we telkens om 5 uur gewekt met een fluit. In het begin leek het echt of we op een strafkamp zaten. We werden gewekt om 5 uur, maar moesten maar om kwart na 6 ontbijten. We sliepen dus meestal nog eventjes verder om dan pas om 6 uur op te staan. Het lesgeven in het binnenland was een hele ervaring. Elke ochtend werd iedereen per boot naar zijn school gebracht. Ik gaf les in Abenaston en ik stond in het eerste leerjaar in een klas van 17 leerlingen. Dit op zich was al een hele verandering omdat ik in Paramaribo een klas van 30 leerlingen heb. De leerlingen waren heel lief en luisterden veel beter dan de kinderen in de stad. Ook al verstonden ze niet alles wat ik zei. De leerlingen in het binnenland leren pas Nederlands als ze naar school gaan, dus ik moest echt mijn taal aanpassen. Ik praatte heel traag met eenvoudige woorden en gebruikte veel gebaren om alles uit te leggen. De leerlingen deden ook heel veel moeite om me te begrijpen. De ene les lukte iets beter dan de andere, maar dat is normaal. Hier in het binnenland mocht ik ook voor het eerst een beeldles geven. Ik keek er heel erg naar uit want ik miste het echt (in Paramaribo gaf ik enkel lessen taal en rekenen). De kinderen vonden het een heel leuke les, het was wel een beetje chaotisch, maar ik ben zeker tevreden over de les. De laatste stagedag had ik enkele cadeautjes mee voor de leerlingen. Zo gaf ik hen latten, potloden, scharen, gommen, slijpers, papier en ballonnen. Zij hadden voor mij ook cadeautjes mee, de ene had suikerriet mee, de andere een pompoen en nog verschillende groenten en fruit. Ik vond het heel lief van hen. De leerlingen werden heel erg gelukkig met alles wat ze kregen. Ze waren me zo dankbaar en bleven me maar knuffels geven en liedjes voor me zingen. Het was heel aangrijpend hoe ze met zo iets kleins zo gelukkig en dankbaar waren. Ik heb hier maar vier dagen les gegeven, maar toch was het afscheid zwaar. Ik had nooit gedacht dat ik na vier dagen zo gehecht zou geraken aan de leerlingen en aan mijn mentor. Als we de school verlieten met alle stagiares ging de volledige school nog twee of drie liedjes zingen om ons te bedanken, uiteindelijk hebben ze er meer dan tien gezongen en zijn ze blijven zingen tot wanneer we weg vaarden met de boot. We kregen echt een afscheid om nooit te vergeten! In Jawjaw, waar we verbleven, hebben we ook verschillende zaken gedaan. We hebben twee keer een dorpswandeling gemaakt waar we met de lokale bevolking in contact kwamen. Zo mochten we een mevrouwtje helpen om cassave te raspen, hiervan zou ze de volgende dag cassavebrood maken. Dit vond ik heel leuk, het deed me ook echt terugdenken aan Ghana. Alle mensen die hier wonen zijn afstammelingen van de slaven die uit Afrika kwamen en dat zie je dus nog wel een beetje. Elke dag na school gingen we baden in de rivier of gingen we onze afwas doen in de rivier, hier kwam je ook altijd vrouwen tegen die de was of de afwas aan het doen waren. Als laatste wil ik nog zeggen dat de natuur hier echt prachtig is in het binnenland. We zaten in het regenwoud en je kan hier een half uur varen tussen de bomen en struiken zonder dat je een ander dorpje tegen komt. Het was echt fantastisch! Als we terug aankwamen bij ons huisje, waren onze buurkindjes door het dolle heen. Ze vlogen in onze armen en knuffelden ons bijna dood. Ze hadden ons echt gemist! De volgende dag zijn we met hen naar het zwembad geweest. We hadden nood aan verfrissing en we zagen aan hun gezichtjes dat ze heel graag mee wilden gaan. Het was echt leuk. We hebben ons allemaal rot geamuseerd. Camille en ik zijn die dag, zaterdag 8 april, ook inkopen gaan doen, want maandag zouden we afscheid moeten nemen van onze leerlingen op de Sint-Bernadetteschool. Het schoolhoofd had ons gezegd dat de school tot woensdag open was en dat daarna de paasvakantie begon. Ons buurmeisje vertelde ons dat maandag de laatste schooldag was voor haar. Dit was iets minder omdat we dachten dat we nog drie dagen met onze leerlingen zouden kunnen zijn. Zondag zijn we samen met ons Surinaams mamatje, Jetty en een vriendin van haar naar Nieuw Amsterdam geweest. Dit is een oud fort van in de slaventijd dat gebruikt werd ter verdediging. Het is een hele mooie plaats, we hebben er gepicknickt en rondgewandeld. Als we terug thuis kwamen zijn Camille en ik er meteen ingevlogen. We hebben cake gemaakt voor onze klassen en voor elke leerling een zakje met enkele snoepjes en schoolmateriaal. We hebben ook voor elke leerling een complimentenkaartje gemaakt, hierop stond hoe wij hen zouden herinneren en dat we ze heel erg zouden missen. We zijn er lang aan bezig geweest, maar ze verdienden het echt. Maandag was het dan zover, we zouden definitief afscheid moeten nemen van onze leerlingen. Zowel Camille als ik wisten dat het een moeilijke dag zou worden omdat we de kinderen nooit meer zullen terug zien. Met een bang hartje en een auto vol afscheidscadeautjes vertrokken we naar de Sint-Bernadetteschool. De leerlingen zelf wisten niet dat het onze laatste dag was, dus voor sommigen was dit echt een schok. Bij het binnenkomen van de school waren er veel kinderen die ons in de armen vlogen omdat ze ons een week hadden moeten missen. Ze vroegen onmiddellijk of we nog sterren zouden uitdelen en of we nog spelletjes uit de paraplu zouden spelen. Dit gaf ons echt een goed gevoel. Als eerste hebben we tijdens de vlaggenparade iedereen bedankt van de school en hebben we hen ook op de hoogte gebracht dat het onze laatste dag was. Na de vlaggenparade was er eerst een misviering voor palmzondag. Na de misviering was er niets meer gepland, dus hadden we nog twee uur om afscheid te nemen van onze leerlingen. Ik speelde een spelletje met hen, ze schreven brieven voor ons, maakten tekeningen voor ons, we aten samen cake, … Het was een heel mooi afscheid, ik en Camille hebben er heel erg van genoten om nog een laatste keer samen te zijn met onze leerlingen. Op het einde van de schooldag zijn we elkaar wenend in de armen gevlogen. We hebben echt veel aan elkaar en dat werd toen ook nog eens duidelijk. Het was een moeilijk maar mooi afscheid! De dag erna werden we nog eens op school verwacht. We zouden een presentatie geven aan het volledige schoolteam over onze drie projecten die we hier hebben uitgevoerd: het contractwerk, het individueel en klassikaal beloningssyteem. De presentatie verliep heel vlot en zoals verwacht was de ene leerkracht iets enthousiaster en geïnteresseerder dan de andere. We hopen dat we met onze presentatie enkele leerkrachten hebben kunnen inspireren om iets dergelijks te doen of dat we ze enkele ideeën hebben kunnen geven die ze misschien na de paasvakantie kunnen uittesten in hun klas. De vakantie is woensdag officieel van start gegaan. Wij moeten dus geen les meer geven. Dat wil niet zeggen dat we niets meer gaan doen. Zo hebben Camille en ik nog heel wat werk om ons onderzoek op papier te zetten en doen we ook nog enkele uitstappen. Zo vertrekken we vrijdag op een vierdaagse naar Volzberg. Meer hierover zal je kunnen lezen in mijn volgende blogbericht. Vele vele groetjes uit Suriname XOXO Elissa Hallo lieve lezers, Eerst en vooral wil ik sorry zeggen omdat het al twee weken geleden is dat jullie nog iets van me hebben gehoord. Camille en ik hebben het ongeloofelijk druk gehad op onze stageschool omdat ons onderzoek eindelijk vorm heeft gekregen. Daarnaast hebben we ook nog enkele uitstappen gadaan waar ik jullie kort iets over zal vertellen. Veel leesplezier! Ik spring even twee weken terug in de tijd, naar dinsdag 14 maart. Camille en ik kwamen terug op school nadat we een week afwezig waren geweest om aan ons onderzoek te werken. De kinderen waren heel erg blij en gaven ons honderden knuffels. Ze hadden ons blijkbaar erg gemist. Die dinsdag hebben we onze mentoren nog eens bevraagd in verband met ons onderzoek, maar het maakt voor hen echt niet uit wat we doen. We zijn dan zelf maar aan de slag gegaan met het ontwerpen van systemen om zoveel mogelijk tegemoet te komen aan de noden die we zien. We hadden verschillende ideeën, maar het was onmogelijk om ze allemaal uit te werken. We hebben gekozen om te werken rond het thema ‘onderwijs op maat van het kind’. Binnen dit thema kunnen we 3 delen onderscheiden: het individueel beloningssysteem, het klassikaal beloningssysteem en het contractwerk. We gingen als eerste aan de slag met het individueel beloningssysteem uit te werken. Een deel hiervan passen we al toe van in het begin van onze stage. We belonen de leerlingen met een sticker of een stempel als ze heel erg goed hun best doen om een oefening foutloos op te lossen of gewoon wanneer ze alle oefeningen juist hebben. Het andere deel gaat meer over het belonen van goed gedrag bij de leerlingen. Het is zo dat de leerlingen weinig respect hebben voor elkaar en dit wilden we veranderen. We hebben een systeem bedacht waarbij alle leerlingen een laadje hebben. In dit laadje kunnen sterren of droevige smileys komen. Een ster kunnen ze verdienen als ze heel beleefd zijn, wanneer ze een ruzie uit de weg gaan, … Maar ze kunnen ook een droevige smiley krijgen, die krijgen ze na 2 waarschuwingen bij ongepast gedrag zoals roepen in de les. Als de leerlingen 3 droevige smileys in hun laadje hebben liggen, moeten ze een ster inleveren. Als de leerlingen 3 sterren hebben verdiend op een week, mogen ze een beloning kiezen. Dit is een doos vol met cadeuatjes die ze kunnen gebruiken in de lessen zoals pennen, wasco’s, slijpers, lijmen, … Zoals ik zei, willen we met dit systeem het positief gestelde gedrag van de leerlingen belonen. Nu moeten de leerlingen drie sterren op een week verdienen, maar dit willen we na verloop van tijd verhogen. Zodat de leerlingen meer sterren moeten verdienen om een beloning te krijgen. Ik zeg het wel op zo een manier, maar de leerlingen zijn ook al supertrots als ze een ster verdiend hebben. Dit systeem hebben we heel snel kunnen uitwerken en hebben we ook snel bij de leerlingen kunnen introduceren. Het systeem hadden de leerlingen heel snel door en ze doen echt hun best om een ster te krijgen. We zien dat ons systeem echt effect heeft. De leerlingen worden het ook stilletjes aan gewoon dat ze niet voor elke goede daad een ster krijgen. We geven een complimentje of een schouderklopje of een high five in plaats van een ster. Dit willen we uiteindelijk ook bekomen, dat de leerlingen hun goed gedrag ook stellen wanneer ze beloond worden met een complimentje of gewoon helemaal niet beloond worden. Het tweede deel van ons project is een klassikaal beloningssysteem. Dit hebben we als tweede uitgewerkt. De bedoeling hiervan is om de klas in hun geheel te belonen. Tijdens de lessen moeten de leerlingen heel erg veel schrijven, zowel overschijven van het bord in hun schrift of van hun boek in hun schrift alsook het schrijven van de oplossingen van alle oefeningen. In zo een les kunnen de leerlingen smileys op bord verdienen. De eerste smiley kunnen ze verdienen als iedereen van de klas de datum en de titel van de les heeft overgeschreven. De tweede smiley kunnen ze verdienen als iedereen oefening 1 volledig heeft opgelost. De klas kan per oefening dus 1 smiley verdienen. Het is heel belangrijk dat de hele klas alle oefeningen oplossen. Als de leerlingen op het einde van de les bij alle oefeningen een smiley hebben, spelen we een spelletje. Deze spelletjes mogen ze uit onze paraplu plukken. Aan de paraplu hangen gouden en zilveren kaartjes. De gouden kaartjes verwijzen naar een eerder rustig tussendoortje en de zilveren kaartjes verwijzen naar een bewegingstussendoortje. Zo heb je als leerkracht toch nog een beetje de touwtjes in handen. De leerlingen zijn echt gemotiveerd tijdens de lessen om alle oefeningen zo goed mogelijk in te vullen. Ze zijn ook altijd heel erg enthousiast als ze een tussendoortje mogen spelen. Dit systeem hebben we begin vorige week geïntroduceerd, maar de leerlingen zijn er ondertussen ook al echt aan gewend. De leerlingen beginnen altijd te schitteren als we de paraplu open doen, omdat ze weten dat ze dan een tussendoortje gaan doen. Het derde en laatste deel, is een contractwerk. Hier hebben we de meeste tijd in gestoken. Het contractwerk gaat over alle leerstof die de leerlingen de komende maand gaan zien. Er zijn dus zowel schrijfoefeningen, als leesoefeningen als rekenoefeningen, als … Het is de bedoeling dat de leerlingen met dit contractwerk de leerstof nog eens extra inoefenen. Deze inoefening gebeurt meestal op een speelse manier waardoor de leerlingen niet echt door hebben dat ze iets aan het oefenen zijn. Het contractwerk hebben we maandag geïntroduceerd in onze klassen. Dit was volledig nieuw voor onze leerlingen dus het was spannend afwachten hoe ze erop zouden reageren. We hebben alles uitgelegd en na onze taalles mochten de leerlingen er voor de eerste keer in werken. Het was echt fantastisch om te zien hoe snel de leerlingen de oefeningen begrepen en hoe enthousiast ze waren als ze meer dan een oefening mochten maken. Het was dus zeker een geslaagde introductie. Buiten het maken van de drie projecten hebben Camille en ik ook nog onze gewone lessen gegeven en moesten we elk een vervanging doen in het eerste leerjaar. Dit was heel moeilijk, want de leerlingen kenden ons niet en luisterden dus niet meteen. Ik heb een les lezen en schrijven moeten geven. Ik probeerde het zo speels mogelijk aan te pakken zodat de leerlingen geboeid waren en goed zouden meerwerken. Dit lukte bij een deel van de klas erg goed, maar een ander deel was moeilijker te motiveren. Na deze moeilijke vervanging was de school gedaan en konden Camille en ik rustig naar huis fietsen. Het fietsen naar huis doet ons beiden echt deugd, dit is een moment waarop we alles van wat er in de stageschool gebeurt, op een rijtje kunnen zetten. Als we thuis waren stopte er een busje voor onze poort. Ze riepen ons en blijkbaar was er post voor mij. Deze keer was het geen brief maar een pakket van mijn allerliefste mama. Ze had me twee weken ervoor gevraagd wat ik het meeste miste uit belgië en veel van die dingen zaten in het pakket. Ik wist dat ze een pakket had opgestuurd, maar had geen idee van de inhoud. Toen ik het pakket open maakte, was het net alsof ik even terug in België was. Ik zal het meeste genieten van de koffie en van de witte choco. (Ondertussen is de witte choco al helemaal op.) Vorig weekend hebben we onze eerste uitstap gedaan. We zijn voor twee dagen naar Bigi Pan geweest, dit is een meer met enkele huisjes op gebouwd, waar je kan blijven overnachten. De rit van Paramaribo naar Nickerie duurde vier uur, gelukkig hadden we een heel leuke taxichauffeur waar we goed mee konden babbelen. Onderweg hebben we een platte band gehad, maar dit was geen enkel probleem voor Tino de chauffeur, binnen de tien minuten zat er een nieuwe band op. Als we in Nickerie waren, zijn we met een bootje naar Bigi Pan gevaren. We moesten eerst een stukje varen, dan uitstappen en onze boot over een helling slepen en daarna hebben we nog een klein uurtje gevaren. We vaarden op een riviertje van enkele meters breed met aan elke kant mangroves. Op deze tocht hebben we heel veel verschillende en mooie vogels gezien. Ik kon op het bootje helemaal tot rust komen. Als we aankwamen in ons huisje, mochten we een hangmat kiezen waar we de nacht in zouden doorbrengen. Het was echt zalig om in een hangmat te slapen. De eerste dag op Bigi Pan zijn we gaan kayakken op het meer, hebben we nog een boottocht gedaan om vogels te spotten, zo hebben we onder andere een hele groep flamingo’s gezien. We hebben ook nog andere mooie vogels gezien zoals een specht, verschillende soorten reigers en de rode ibis. ’s Avonds was het tijd om op kaaimantocht te gaan. Onze gids had ons gewaarschuwd dat de kans groot was dat hij er geen zou kunnen vangen, omdat het laag water was en de kaaimannen zich dan verstoppen in het moeras onder de modder. Hij had bovendien deze week nog geen enkele kaaiman kunnen vangen. MAAR wij hadden geluk, na amper 5 minuten varen hadden we twee reflecterende oogjes gezien. Onze gids ging zonder schrik in het water met zijn blote voeten op zoek naar de kaaiman. Na een halve minuut kwam hij terug met een kaaiman in zijn handen. We hebben hem zelf ook mogen vasthouden, dit vonden we heel spannend. (kan je zien op de foto) We zijn nog een beetje verder gevaren en hebben in de bomen nog 2 slangen en een rat gezien. Onze tocht was dus heel erg geslaagd. Net voor we gingen slapen hebben we samen naar de sterrenhemel gekeken, deze was echt schitterend en ik heb ook 2 vallende sterren gezien. De eerste dag was dus zeker geslaagd. De tweede dag hebben we nog een boottocht gedaan om vogels te spotten en hebben we een modderbad genomen. Het meer waar de huizen op gebouwd zijn, is ongeveer 60 à 80 centimeter diep, je kan er dus wel in staan. Als je erin gaat staan, zak je 30 centimeter in de modder, dit is echt een onaangenaam gevoel. Maar modder is goed voor de huid, dus hebben we ons erover gezet en hebben we ons van kop tot teen ingesmeerd. Nadat we ons hadden ingesmeerd met modder, hebben we een groot moddergevecht gehouden. Ik denk dat we eruit zagen als kleine kinderen die een sneeuwballengevecht aan het doen waren. Het was wel leuk. Na dit moddergevecht hebben we ons gedoucht, hebben we gegeten en daarna zijn we terug richting Paramaribo vertrokken. Donderdag zijn we samen met de stagiares van kleuteronderwijs op een dolfijnen-/zeeschildpaddentocht geweest. Dit was echt een magische tocht. Als eerste hebben we dus dolfijnen gezien, ze kwamen heel erg dicht bij onze boot zwemmen. Daarna zijn we gestopt bij een visser, we konden zien wat hij allemaal gevangen had. Hij was zijn vis aan het sorteren op grootte. Tussen de vissen zaten er enorm veel kwallen en hij pakte die gewoon met zijn blote hand vast om ze dan terug in de zee te gooien. We vroegen hem of de kwallen hem geen pijn deden. Hij zei van niet en gaf ons een kwal om vast te nemen. Na enkele seconden te twijfelen heb ik ze vastgenomen en inderdaad ze stak niet. Ik denk dat dit de eerste keer is dat ik met kwallen in contact kom zonder dat ik gestoken werd, een wonder! Eenmaal aangekomen op het strand, waar de zeeschildpadden hun eieren komen leggen, hadden we nog even de tijd. Ik heb samen met de rest wat schelpen geraapt. Pas na twee uur wachten konden we op zoek gaan naar de schildpadden, op het strand zag je al verschillende sporen van schildpadden die uit het water waren gekomen maar ook terug waren gekeerd. Onze gids wist heel erg veel over de schildpadden en over de natuur, je kon uren naar hem blijven luisteren. Als we over het strand liepen, zagen we plots dat onze voetstappen licht gaven. Dit kwam door lichtgevende algen die in het zand zaten. Het was heel erg cool om figuurtjes in het zand te tekenen met je voet. Na enkele uren wachten en zoeken heeft onze gids een schildpad gevonden die we mochten bekijken. We mochten enkel gaan kijken als de schildpad haar eieren aan het leggen was, omdat ze dan in een soort trance zitten waardoor ze bijna niets horen en zien. Het was heel erg indrukwekkend om een zeeschildpad van zo dichtbij te zien, ze zijn heel groot en mooi. Het was echt de moeite om zo lang te wachten. (Alle foto's van de zeeschildpadden zijn met rood licht getrokken, omdat we geen zaklamp of flits mochten gebruiken. Het gewone licht kan de schildpadden afschrikken en dan komen ze niet aan land om hun eieren te leggen.) We zijn de afgelopen weken ook twee keer naar het CPI geweest. De eerste keer was om meer uitleg te krijgen over de binnenlandse stage. We gaan van 2 tot en met 7 april naar Jawjaw samen met de laatstejaarsstudenten van het CPI. We zullen er lesgeven op verschillende basisscholen. We hebben niet veel nieuwe informatie gekregen enkel dat het een malariavrijgebied is, dus dat we eigenlijk geen malariapillen moeten nemen. De tweede keer dat we op het CPI werden verwacht, was afgelopen maandag. Toen hebben we ons project voorgesteld aan de studenten en onze begeleiders. Het was de eerste keer dat de begeleiders echt te weten kwamen wat we al die weken op onze stageschool hebben gedaan. De studenten zelf waren ook erg geïntresseerd hoe we alles in elkaar hadden gestoken en wouden echt het fijne weten van onze systemen. Dit gaf mij en Camille een voldaan gevoel. We hopen echt dat we hen hebben kunnen inspireren om iets dergelijks uit te proberen in hun stageklas. Na onze presentatie zijn we samen iets gaan drinken en eten. Als we net alles hadden opgesmuld zagen we plots iemand die aan het wandelen was met een luiaard rond zijn middel. Hij zag dat we onder de indruk waren en hij kwam even hallo zeggen. Hij vertelde ons dat de luiaard Krispy heet en dat hij de luiaard al van kleins af aan heeft opgevoed. We mochten allemaal de luiaard eens rondom ons hangen, dit was echt een once-in-a-lifetime-experience, heel cool! De luiaard bleef gewoon rond iedereen hangen, hij had hele lange nagels die je soms wel in je rug voelde. Het beest zelf was heel rustig en vond het helemaal niet erg dat hij van persoon naar persoon werd overgebracht. Ik was echt helemaal ondersteboven als de luiaard aan mij hing. Na onze ontmoeting met de luiaard zijn Camille en ik een hangmat gaan kopen. Deze zullen we gebruiken in het binnenland om in te slapen. Nu nog een kort overzicht van ons weekend. Zaterdag waren we uitgenodigd op het verjaardagsfeetje van Jenoah, ons buurkindje. Zijn verjaardagsfeestje was in de zoo, dus we konden meteen ook een bezoek brengen aan alle dieren die er te zien waren. De meeste Surinamers zijn vrij negatief over de zoo, omdat er weinig dieren zitten. We hadden dus niet zo veel verwachtingen. Toch waren we echt onder de indruk van hoeveel dieren ze hadden. Het was allezins veel meer dan we ons hadden voorgesteld. Het feestje zelf was ook heel erg leuk. Er was veel eten en drinken en veel kinderen waar we mee konden spelen. De jarige zelf heeft veel cadeuatjes gekregen, ook van ons. (We hadden voor alle drie onze buurkindjes een cadeautje gekocht, omdat we er niet zouden zijn op hun verjaardag. Zoë en Ismael waren allebei in de zevende hemel wanneer zij ook een pakje kregen.) Het feestje werd afgesloten met een lekkere taart en het is traditie om de jarige in te smeren met de slagroom die op de taart ligt. Als Jenoah zijn stukje kreeg, heeft hij zijn volledige hoofd zelf ingesmeerd met slagroom, dus wij moesten het niet meer doen. Zondag hebben Camille en ik al onze moed bijeengeraapt en zijn met onze fiets over de grote brug gefietst. We hebben er in totaal 6 minuten over gedaan om van aan de voet tot op de top te geraken. (De brug is ongeveer 50 meter hoog en 1 km lang.) Als we boven waren, waren we heel gelukkig dat het ons gelukt was om zonder af te stappen de top te bereiken. Boven hebben we even uitgerust en hebben we van het uitzicht genoten, want je kan er over Paramaribo kijken. Dan zijn we teruggekeerd. De afdaling was ook een groot avontuur omdat onze fiets enkel remt door achteruit te trappen. Soms dachten we dat onze remmen het gingen begeven, maar we zijn veilig en wel thuisgeraakt. De rest van de dag waren we bezig met schoolwerk. Als allerlaatste wil ik nog iets zeggen over de salsalessen. We hebben nu vrijdag onze laatste les en dan zijn we semi-gevorderde salsadanseressen. Ik moet zeggen dat ik me nu nog helemaal niet zo voel. De ene les gaat het beter dan de andere en de ene move ligt me ook beter dan de andere. We blijven allemaal oefenen zodat we zeker kunnen schitteren in de laatste les. Voila, dit was het. Hopelijk vonden jullie het interessant en hebben jullie weer wat bijgeleerd over Suriname. Ik zal jullie al waarschuwen dat mijn volgende blogbericht er ook pas binnen twee weken zal opstaan omdat we in het binnenland geen bereik hebben en het ons aangeraden is om niet te veel kostbare zaken mee te nemen. Vele vele groetjes uit het verre en nog steeds warme Suriname. XOXO Elissa Hallo lieve lezers, Vorige week moesten we alle vier niet naar onze stageschool. We hebben een weekje vrijaf gekregen om aan ons project te werken. Aangezien we nog niet meteen konden beginnen aan ons project (door verschillende omstandigheden), hadden we wat extra vrije tijd. We hebben tijd gehad om enkele uitstapjes te doen. Hieronder geef ik een korte uitleg over wat we allemaal hebben gedaan en wat ik ervan vond. Veel plezier bij het lezen! Zaterdag 4 maart was een drukke dag. ’s Morgens zijn we met ons Surinaams mamatje Jetty, naar The hub geweest. Dit is een openbare bibliotheek waar we ook al eens geknutseld hebben. Nu was er een opendeurdag en kon je er verschillende dingen doen. Er was een tekenhoek, je kon er eten en drinken kopen, je kon er boeken kopen, je kon er dansles volgen, … Al de opbrengst van de opendeurdag ging naar de bibliotheek zelf. Jetty had ons meegevraagd om te helpen. Er was ook een Amerikaans/Engelse vriend mee van Jetty die kwam helpen. Eerst hielp ik de kinderen met tekenen. Daarna heb ik Camille geholpen met het verkopen van boeken en tekeningen. Er was veel volk en dat zorgde voor een heel gezellige sfeer. We hebben er voor de eerste keer bojo gegeten, dat is een cake gemaakt met cassavemeel (maniokmeel). Het had een aparte smaak, maar het was wel lekker, zeker omdat hij niet te zoet was. (Surinamers zijn zoetebekken en gebruiken veel suiker bij het koken.) Na The hub hadden we afgesproken met twee juffen van de school van Justine en Jolien. We gingen samen met hen naar een hindoestaanse crematie. (We hadden deze keer wel de juiste kledij aan.) De crematieplaats ligt in de straat ‘de weg naar zee’. Dit is ook letterlijk een weg naar zee. Eenmaal aangekomen werd het al snel duidelijk dat er die dag geen crematie was. Dit vonden we heel spijtig, want we hebben er al veel over gehoord en het is volgens veel mensen echt de moeite. We zullen het misschien nog een andere keer proberen. De neef van een van de juffen was onze taxichauffeur en hij wist heel veel over hindoestaanse crematies. We hebben dus wel veel uitleg gekregen. Zo leggen ze de kist op een stapel hout die op een speciale manier is gestapeld. De kist zelf is voor de helft open en de dode persoon ligt met zijn hoofd naar de zee gericht. De assen worden na de verbranding in een kruik gelegd en die kruik wordt in de zee of in een rivier gelegd. Het heeft te maken met de 4 oerelementen: water, vuur, aarde en wind die uit het lichaam terug aan de aarde worden gegeven. We hebben ook een kleine wandeling gemaakt op een soort van dijk langs de zee. Het was eb dus de zee was heel erg ver, ik kon zelf geen zee of golven zien. Wel heb ik honderden krabben gezien. Zogenaamde wijnkrabben, ze hebben een grote en een kleine schaar. Met de grote schaar maken ze steeds een ronddraaiende beweging, net alsof ze in de wijn roeren. Na deze wandeling zijn we naar een hindoestaanse tempel gereden. Deze tempel heeft heel veel beelden van de verschillende goden uit het hindoeïsme. Onze ‘gids’ heeft veel verhalen verteld over de verschillende goden en over de reïncarnaties ervan. We kregen heel veel uitleg en ik vind het nog steeds heel moeilijk om alle goden uit elkaar te houden. De tempel had heel veel beelden die uit felle kleuren bestonden. Het was echt mooi om te zien! ‘s Avonds waren we uitgenodigd door de tolk van Camille in de kerk. Er was een galabal en Gracia, de tolk, wou heel graag dat we kwamen. We hadden afgesproken om 18u, maar we waren er een van de eersten. Het werd nog maar eens duidelijk wat ze hier het Surinaams uur noemen. Uiteindelijk begon het galabal om 19u. De mensen waren allemaal heel erg mooi gekleed. We voelden ons een beetje underdressed met onze gewone kleedjes en sandalen. In het midden van de kerk lag een catwalk en ze hadden een sterrenmuur gemaakt. Er waren heel veel verschillende acts zoals een koor, een dansoptreden, een dichter, een modeshow, … Een van de acts die me het meeste is bijgebleven was een mimespel door 5 zwarte mannen. Hun gezicht was wit geschminkt wat een heel raar zicht was. Ze hebben enkele liedjes uitgebeeld die samen een verhaal vormden. Ik vond dit heel erg mooi en ik kon er naar blijven kijken. Ze waren heel expressief met hun gezicht door de witte schmink. Het galabal eindigde met een veel te lange preek van de pastoor (ongeveer 1 uur). We waren blij als we eindelijk terug thuis waren en konden slapen. Zondag hebben we een bezoek gebracht aan de vlindertuin. Onze vaste taximan Radjen bracht ons naar Lelydorp. Dit dorp is vernoemd naar meneer Lely, een gouverneur uit de slaventijd. (Ik dacht dat het dorp vernoemd was naar de leliebloem.) In de vlindertuin mochten we eerst zelf rondwandelen. Ik heb prachtige vlinders en bloemen gezien. Ik heb geprobeerd om zoveel mogelijk foto’s te nemen, maar vlinders zijn niet altijd gemakkelijk om foto’s van te nemen. Je kan er zeker enkele vinden bij mijn tabblad ‘foto’s’. We hebben ook nog een kleine rondleiding gehad in een stuk bos/brousse. Gelukkig hadden ze een pad aangelegd, want het bos zelf was heel erg gesloten. De gids had ons gezegd dat we apen of een luiaard konden zien, maar spijtig genoeg hebben ze zich die dag niet laten zien. Het had ook net geregend dus misschien dat het daaraan lag. We hebben ook een bezoekje gebracht aan de vlinderkweekplaats, waar er heel mooie felblauwe vlinders waren. Deze vlindertuin voert ook poppen uit naar Europa en Noord-Amerika dus je kan je voorstellen hoeveel vlinders, rupsen en poppen hier vliegen/kruipen/hangen. Naast vlinders waren er ook nog schildpadden en slangen. Er waren heel veel schildpadden, deze voeren ze ook uit naar verschillende landen. De kleine schildpadjes mochten we opnemen, deze waren heel erg schattig. We moesten wel opletten van onze vingers, want soms hapten ze ernaar en de gids vertelde ons dat ze hard kunnen bijten. Na het bezoek aan de vlindertuin moesten we terug thuis geraken. Onze taxichauffeur had gezegd dat we dezelfde weg moesten volgen en dat we dan aan een bushalte gingen uitkomen. Deze bushalte was verder dan we hadden gedacht, na een half uur stappen waren we er nog steeds niet en zagen we ook nog geen bushalte. We hebben dan een auto gestopt om te vragen of het nog ver was. Het was een Chinees en hij zei dat het toch nog een eindje was. Hij heeft ons meegenomen en afgezet aan de bushalte. Het was inderdaad nog een eindje om te stappen. Het was de eerste Chinees die we tegenkwamen die Nederlands sprak. We waren erdoor verrast omdat de meeste Chinezen enkel Sranan kunnen. Het is ook wel raar om met een Chinees Nederlands te praten. Door hem zijn we veilig en snel aan een bushalte geraakt. Daar konden we een rechtstreekse bus naar ons huisje nemen. Eenmaal thuis gekomen zijn we beginnen koken. Camille heeft een lekker hapje klaargemaakt met Guacamole, Justine kookte voor het eerst een volledige maaltijd, het was kip in tomatensaus met zoete aardappel uit de oven. Ik heb het dessert gemaakt, een pindakaastaart. Mmmmmm. Maandag hebben we een bezoekje gebracht aan het kotomuseum. Dit is een museum met de klederdracht van de Creoolse vrouwen na de afschaffing van de slavernij. De vrouwen droegen verschillende doeken als rok, bloes en hoofddeksel. De meeste doeken hebben hun eigen betekenis. Ook de manier waarop ze een doek dragen heeft een betekenis, als je bijvoorbeeld naar de kerk ging en de vrouw een doek over haar linkerschouder hing, over haar hart, dan betekende dit dat de vrouw bezet was. Als de doek over de rechterschouder hing, dan betekende dat de vrouw vrij was. Zo zijn er allemaal verschillende kleine elementen die de vrouwen gebruikten om te communiceren met elkaar. Ik heb er ook een oude Singernaaimachine gezien, het was hetzelfde model waar ik mee leren naaien heb in Ghana. Het was heel leuk om nog eens zo een naaimachine te zien, want in België zie je die bijna nooit. Dinsdag was ik heel gelukkig, want ik heb een briefje gekregen van mijn mama. Ze had al gezegd dat er een op weg was, maar we hebben geen brievenbus dus dacht ik dat de brief nooit zou toekomen. Ik had geluk dat we thuis waren dus dat de postbode de brief kon afgeven. We vroegen aan onze huisbazin wat er gebeurt als er niemand thuis is en de postbode post voor ons heeft. Ze zei dat de postbode dan de brief gewoon aan de poort legt, maar dat ze nog naar een oplossing ging zoeken. Als jullie zin hebben om mij een brief te sturen, dan mag dat altijd. Mijn adres kan je vinden op het tabblad ‘contact’. Dinsdagavond hadden we onze eerste salsales. Jaja, we gaan hier leren salsadansen. De dansleraar, Ytche, is heel erg grappig en kan goed lesgeven. Hij zorgt ervoor dat je plezier hebt tijdens het dansen, maar dat je ook de techniek leert om goed te dansen. Woensdag hadden we afgesproken in het blindencentrum samen met onze huisbazin en haar Amerikaans/Engelse vriend. We hebben er een indiaas rijstgerecht klaargemaakt voor de leerlingen. Nadat we de hele voormiddag hadden gekookt, hebben we in de namiddag samen naar een horrorfilm gekeken. Plots zag ik een grote rat voorbijlopen achter het raam (buiten). Ik begon te roepen en de anderen dachten dat het door de film was, maar ik was echt heel erg geschrokken door de grote rat, zeker omdat het nog licht was. Justine heeft de grote rat ook gezien, maar de rest niet. De rest van de film was ik niet echt geconcentreerd meer, ik bleef maar door het raam kijken. Ik hoop echt dat ik die rat nooit meer zie! Door ons bezoek aan het blindencentrum, hebben we ontdekt dat sommige blinden een cursus van twee jaar hadden gekregen om shiatsumassages te geven. Dit sprak ons meteen aan. We hebben onmiddellijk een afspraak gemaakt. De massage duurde anderhalf uur en koste 30 Surinaamse dollar, dat is iets minder dan 4 euro. De massage zelf, was mijn eerste massage ooit en deed heel erg veel deugd. Ik was helemaal zen achteraf. Het was de eerste keer dat ik echt in contact kwam met blinde mensen en het was heel speciaal. De man die mij masseerde was nog maar enkele jaren blind. Hij is blind geworden door een tumor. Hij vertelde me ook dat hij vroeger nog met de auto had gereden, maar nu bijna niets meer alleen kon. Ik merkte dat hij er niet graag over praatte, dus ben ik veranderd van onderwerp. Camille haar masseur is ook pas op latere leeftijd blind geworden, bij hem door een nog steeds onbekende reden. Door deze verhalen te horen ben ik echt wel blij dat ik een gezond leven heb en dat ik alles kan doen wat ik wil. ’s Avonds hadden we thuis een tapasavond georganiseerd. Camille en ik hadden elk 3 verschillende tapas gemaakt en Justine en Jolien hadden elk twee verschillende tapas gemaakt. Dit was natuurlijk veel te veel, want van elke tapas waren er 2 of 3 stukken per persoon. We hebben dus drie dagen tapas kunnen eten. Ze waren heel erg lekker en allemaal verschillend. De lekkerste tapas kwam van Camille en was een soort pizza gemaakt met ei en veel groenten. Vrijdag was het tijd voor onze tweede salsales. We hebben alle basisstappen herhaald en geoefend met een partner. Er is maar een jongen ingeschreven in de salsales dus zorgt Ytche elke les voor wat vrijwilligers die de cursus al hebben gevolgd. Er waren 5 mannen in totaal. Voor elke man stond een rij en zo moest je doorschuiven totdat je bij een man kwam. Ik vind het zowel leuk om met twee als alleen te dansen. Onze dansleraar Ytche vertelde ons aan het einde van de les dat we onze basiscursus hebben afgerond en dat we volgende les beginnen met de cursus semi-gevorderd, woohoow! We kennen nu al de 4 basisstappen, de volgende keer leren we om te draaien. Ik kijk er al naar uit! Zaterdag was een rustige dag, we zijn ’s avonds bij onze buurman om barbecue geweest. Deze was zoals gewoonlijk overheerlijk. Zondag zijn we met Gracia, de tolk van Camille uit de kerk, naar het zwembad geweest. Het was geen groot zwembad maar het was wel zalig om in het water te zitten, want het was een hele warme dag. Gracia is heel erg lief, ze neemt ons overal mee naartoe. Na het zwembad zijn we samen naar het onafhankelijkheidsplein geweest. Daar waren ze alles aan het klaarzetten voor Holi Phagwa, een hindoestaans feest. Aan de opbouw te zien zal het hier morgen een groot feest worden. Na dit bezoek zijn we met z'n vieren naar een bijeenkomst van hindoestanen geweest. Hier werd het begin van Holi Phagwa gevierd door een holika in brand te steken. Een holika is een grote constructie van stro, palmtakken, gedroogd hout, … van ongeveer 8 meter hoog. Vooraf komt de priester, die doet verschillende gebeden en offerandes. Deze gebeden zijn heel mooi om naar te luisteren, het lijkt net of er gezongen wordt. Na de gebeden en offerandes steken ze de holika in brand. De hindoestanen blijven zingen en lopen drie toertjes rond de holika. Door de holika te verbranden willen ze al het kwade uit de wereld verbannen. Het is ook een feest om het begin van de lente te vieren. De verbranding zelf gaat heel snel, ik denk dat de holika op 10 minuten bijna volledig is opgebrand. Na de holika gingen we naar huis. We waren heel erg blij dat we dit hadden meegemaakt en dat we niet vuil waren geworden. Ik zeg dit omdat het bij de hindoestanen traditie is om op holi phagwa met gekleurd poeder te gooien. Toen we aan het wachten waren op de taxi, was er een groepje hindoestanen die ons ingewreven hebben met blauw poeder. Ik had het totaal niet door. Ik dacht dat ze gewoon op mijn gezicht aan het wrijven waren, maar nadat ik het zag bij Camille, had ik door dat het poeder was. Alle mensen die we toen nog tegenkwamen, waren heel erg gelukkig, dat we hadden meegedaan aan hun traditie.
Maandag was het dan echt holi phagwa, met onze witte t-shirt aan (dit hadden ze ons aangeraden) vertrokken we richting palmentuin. We hebben zelf ook poeder gekocht zodat we dit konden gebruiken om op elkaar te gooien. Iedereen die uit de palmentuin kwam had alle kleuren van de regenboog op zich. We hadden dus een beetje schrik om naar binnen te gaan. Er was veel muziek en iedereen was gelukkig. We werden goed bepoederd en we zijn onze buurkindjes tegengekomen. We hebben wat poeder op hen gegooid en we hebben met hen gespeeld in de speeltuin. Ze waren heel erg blij dat wij met hen kwamen spelen. Na ons bezoek zijn Camille en ik naar het onafhankelijkheidsplein gestapt. Onderweg hebben we wat gegeten en gedronken. Er was heel erg veel volk op het onafhankelijkheidsplein. Het was er één groot feest waar iedereen aan het dansen was. De volgende dag, dinsdag, was het terug tijd om naar school te gaan. Hoe dit was zal je kunnen lezen in mijn volgende blogbericht. Vele vele groetjes uit het verre Suriname. Tot de volgende! Hallo iedereen, We zijn ondertussen al een maand in Suriname, dus hoog tijd voor mijn volgende blogbericht. Veel plezier! Camille en ik hebben al verschillende avonturen meegemaakt op de Sint-Bernadetteschool. Het lesgeven lukt steeds beter in het tweede leerjaar. In het begin hadden we (maar vooral ik) veel last van onze stem. Het is een klas van dertig leerlingen, waar geen ramen zijn. we moeten dus sowieso al luider praten dan dat we normaal doen en dat voelden we na enkele dagen. De leerlingen verstaan ons, maar we trainen onszelf wel om zo kort en duidelijk mogelijk een instructie te geven. Bij de ene les lukt dit al wat beter dan de andere. Zo hebben we de leerlingen de maaltafel van vier geleerd door met auto’s te werken, elke auto heeft vier wielen en zo kunnen ze het makkelijker onthouden. Vorige week maandag als we op school aankwamen had meneer Erwin (het schoolhoofd) een vraagje voor ons, of we met de leerlingen van de vierde klas mee konden gaan gymmen, omdat de leerkracht iets aan haar knie had. Het was eigenlijk geen vraag, we konden het niet weigeren, maar we vonden het ook niet erg. Samen met de vierde klas zijn we naar het gymveld gestapt, waar de gymleerkracht ons al opwachtte. We hebben de leerkracht geholpen door een deel van de klas op ons te nemen. Ze moesten bij ons oefenen om een bal te gooien met een aanloop. De andere groep moest bij de gymleerkracht een koprol en daarna een halve draai doen. Dit was dus exact dezelfde les die we hadden gezien bij onze klas. Zelf het afrondend spelletje was hetzelfde. Dit vonden we beiden heel grappig. Vorige week woensdag was het internationale Baden-Powell dag, in Suriname zijn er ook scoutsen (padvinders zoals zij het noemen). De leerlingen die in de scouts zitten, waren in uniform naar school gekomen en zij mochten die dag de vlag hijsen bij de ochtendassembly. De dag erna ben ik samen met mijn klas en de hele school naar de kerk geweest. Er was een mis om het begin van de vasten te vieren, want de dag erna werd er carnaval gevierd op onze school. Ik zat naast The-Sean in de mis en hij was me alles aan het uitleggen over de mis, precies of ik zat helemaal niet in de kerk. Hij vertelde me dat de pastoor normaal blank is en dat hij aan dat belletje rinkelt als de mis begint. Hij was heel erg schattig. De hele school heeft ook enkele liedjes gezongen tijdens de mis, ik kreeg er echt kippenvel van, want het was heel erg luid en mooi gezongen. In de namiddag zijn Camille en ik naar de stad geweest om een carnavalsoutfit te kopen.Na veel zoeken hebben we uiteindelijk enkel een masker gekocht. Vrijdag was het dan uiteindelijk carnaval op school. Bijna alle leerlingen waren verkleed, de ene in superman, de ander in een auto, … De leerlingen die niet verkleed waren hadden hun mooie kleren aan. Het was echt leuk om alle kinderen eens te zien zonder schooluniform. De dag begon zoals gewoonlijk met het hijsen van de Surinaamse vlag en het zingen van het Surinaams volkslied. Daarna hebben we met de hele school een stoet gedaan in de straten rondom de school. Dit onder begeleiding van enkele kinderen die op een trommel speelden. Na de stoet ging iedereen naar de klas. Daar begon het feest pas echt, veel kinderen hadden eten en drinken mee en dit werd allemaal uitgedeeld. Zelf hadden Camille en ik voor de leerlingen sapjes gekocht. We hebben echt de raarste dingen door elkaar gegeten, chips, cake, ijsjes, frisdrank, … Het was wel allemaal erg lekker. Door al dit eten en drinken waren de kinderen hyperactief geworden. Net op tijd begon de DJ muziek te spelen. Alle kinderen liepen naar buiten en begonnen heel uitbundig te dansen. Op het einde van de feestdag werd er een king en queen van carnaval verkozen. The queen van carnaval kwam uit Camille haar klas, haar hele jurk was gemaakt van plastiek zakjes. Carnaval wordt hier in Suriname dus een beetje gelijkaardig gevierd als in België. De woensdag na carnaval, was het aswoensdag, de officiële start van de vasten. Dit is een belangrijk feest voor de christenen en dus ook op onze school. We zijn terug met de hele school naar de kerk geweest. (Deze keer was het wel een blanke pastoor.) Er was een kleine mis en achteraf heeft iedereen een askruisje op zijn voorhoofd gekregen. Dit was mijn eerst askruisje ooit! De leerlingen waren Camille en mij een beetje aan het uitlachen omdat je een zwart kruis op onze witte huid echt goed ziet. Vorig weekend hebben we in Paramaribo een boottocht gedaan op de Suriname. Het was een tocht van een klein uurtje. We hebben verschillende dingen gezien. Zo ligt er in het midden van de Suriname een gezonken schip uit de Tweede Wereldoorlog. Het schip was van de Duitsers en werd aangevallen door de Surinamers. Er waren 2 Duitse bemanningsleden die alle luiken van het schip hebben open gezet en zo is het dus gezonken. We zijn ook onder de grote brug gevaren. De brug die we eens gaan beklimmen met onze fiets. De brug is 1,5 kilometer lang en 52 meter hoog, dus het zal een serieuze beklimming worden, zeker omdat onze fiets geen versnellingen heeft. We zijn ook gepasseerd aan een slaapplaats van Sabaku’s, een witte vogel. Op deze plaats had de schipper zijn motor uitgezet, althans dat denken we toch, want daarna heeft het toch eventjes geduurd voor hij de motor terug in gang kon trekken. We kregen een beetje stress, dat we naar de kant zouden moeten zwemmen, maar het is dan toch gelukt. We zijn veilig en droog terug bij de oever geraakt. Zondag zijn we naar de Kwattamarkt geweest. Een grote markt waar je veel verse groenten en fruit kan kopen. Dat hebben we dan ook gedaan. We gingen normaal gezien na de markt nog een hindoestaanse tempel en crematieplaats bezoeken, maar we waren een beetje te zwaar geladen van de markt en we hadden niet de gepaste kleding aan. Ik denk dat we het volgende week zullen proberen. We hebben ook kennis gemaakt met onze buurjongens en –meisje. We hadden ze al verschillende keren gezien en de kleinste, Jenoah groet ons altijd met “dag dametjes”. Hij is heel erg schattig. We hebben met hen enkele spelletjes gespeeld. We zijn ook naar de slijterij geweest, zo noemen ze een drankencentrale hier. Hier kan je goedkoper drank kopen dan in de supermarkt en heb je een heel grote keuze. Donderdag moesten we naar het CPI voor meer informatie over onze binnenlandse stage. Veel zijn we er niet te weten gekomen, we hebben er enkele filmpjes gezien van hoe ze naar school gingen per boot. We zullen daar lesgeven in een school. Deze reis is samen met de laatstejaarsstudenten van het CPI, zo leren ze hoe het eraan toe gaat in het binnenland, want dat is niet hetzelfde als in de stad. Je hebt er minder materiaal, de kinderen zijn er anders, … Eind maart hebben we nog een bijeenkomst, misschien dat we dan nog wat meer te weten komen. De afgelopen weken zijn we enkele keren gaan eten of hebben we eten afgehaald. We zijn terug bij Navarro barbecue gaan halen. We zijn ook eens worsten gaan halen bij een kraampje, deze waren pikant maar wel heel lekker. We hebben ook voor de eerste keer roti gegeten, dat is een soort pannenkoek met kip, aardappelen, kouseband en curry. Het was heel lekker. We hebben ook een verse ananas gegeten, deze was echt hemels. Ik ben er zeker van dat we dat hier nog gaan eten. Ook hebben we een schaafijsje uitgeprobeerd. Hierbij gaan ze van een grote ijsblok ijs schrapen en daar gaan ze grenadine met een bepaalde smaak bij mengen en zo krijg je een lekker schaafijsje. We zijn ook in Paramaribo een lekker koffie gaan drinken. Echte koffie kan je hier niet vinden, dus we drinken hier elke morgen oploskoffie met gecondenseerde melk. Dus zo een lekkere verse koffie verkeerd heeft me echt gesmaakt! We hebben ook al verschillende keren zelf gekookt, zo maken we vaak wok omdat dit makkelijk en snel gaat. We hebben ook al een pindasoep en een curry met kikkererwten gemaakt die ook heel erg lekker waren. We proberen hier veel nieuwe recepten uit en de goeie houd ik bij zodat ik die thuis eens voor mijn mamatje kan maken. Zo dit was het dan, hopelijk was het interessant. Vele groetjes en tot snel! Hallo liefste lezers, Deze week was een spannende week, omdat Camille en ik voor de eerste keer zouden lesgeven aan onze klassen. Maandag zouden we nog observeren, omdat onze juffen het nieuwe thema zelf wilden opstarten. We kwamen aan op school, de leerlingen waren zoals gewoonlijk heel erg enthousiast en we kregen elk tientallen knuffels. Tijdens de instructie van de leerkracht en de inoefening, helpen wij de leerlingen die het moeilijk hebben met de oefeningen door hen een extra uitleg te geven of de oefeningen samen met hen te maken. Na de les wiskunde, kwam mijn mentor naar mij en vroeg me of ik de volgende les kon geven. Ik stond met mijn mond vol tanden en wist niet goed hoe ik moest reageren. Ik zei dan maar dat ik de les helemaal niet had kunnen voorbereiden, dus dat ik niet wist hoe ik het moest doen. Juf Grasita (foutje in mijn vorige blog: het is juf Grasita en niet juf Garsita) stelde me gerust en toonde me op 3 minuten hoe ik de les moest geven. Ik was heel zenuwachtig en probeerde er het beste van te maken. Gelukkig was het na een halfuur al speeltijd en kon ik even overleggen met Camille. Blijkbaar had zij net hetzelfde meegemaakt, zij had al de hele voormiddag les moeten geven en heeft me dan snel uitgelegd hoe ik het kon aanpakken. Ik was heel blij dat zij me had geholpen, zo was ik al iets meer op mijn gemak. Na de speeltijd moest ik de les afmaken en heb ik nog een les schrijven en lezen gegeven. Dit allemaal zonder voorbereiding. Na deze dag waren Camille en ik allebei heel erg moe. Gelukkig hebben we wel onze lessen voor de volgende dag meegekregen naar huis, zodat wij ze thuis goed konden voorbereiden. Net omdat we enkele lessen onvoorbereid hadden moeten geven, wisten we nu wel waar we extra moesten op letten. Zo hebben we onze lessen creatief proberen aanpakken door te werken met een beloningssysteem voor de hele klas. Pas als iedereen alle oefeningen had gemaakt binnen de vooropgestelde tijd, gingen we samen een spelletje spelen. Dit werkte heel erg goed, zowel in mijn klas als in Camille haar klas. Je ziet dat de kinderen heel erg opfleuren als ze een complimentje krijgen voor hun goede werk. Dinsdag en woensdag hebben we ook nog enkele lessen moeten geven. Dinsdag was het ook valentijn en heb ik enkele schattige tekeningen gekregen van mijn leerlingen. Ook hebben alle leerkrachten een hapje en een drankje gekregen van de directeur. Het was een soort pastei met kaas en vlees in de vorm van een hartje. We hebben ook voor de eerste keer meegdaan met het gebed van de leerkrachten. (Voor de assembly doen de leerkrachten samen met de directeur een gebed op dinsdag, woensdag en donderdag.) Donderdag moesten we niet naar school omdat er een pedagogische studiedag was gepland. Woensdag moesten onze huisgenoten Justine en Jolien niet naar school wegens een staking (onze school deed niet mee). Ze hadden heel erg lekker gekookt voor ons: een koude pasta met groentjes, mmmmm. De volgende dag (als Camille en ik een pedagogische studiedag hadden) hebben wij gekookt voor hen. Ik kan het omschrijven als een mengeling van wok en bami. Zie de foto hieronder. Camille en ik hadden enkele dingen gepland, maar de regen dacht er anders over. Het heeft de hele dag geregend en elke keer als je denkt dat het niet erger kan beginnen regenen, begint het nog harder te regenen. Zo erg dat hele straten onder lopen of zoals op de school van Jolien en Justine, waar de hele speelplaats een vijver was geworden. Gelukkig is het na donderdag minder beginnen regenen. Zo zijn we naar de centrale markt geweest om inkopen te doen, vooral veel fruit en groenten omdat deze lekker vers zijn. Zaterdag hebben we kennis gemaakt met Willy, de contactpersoon van Justine en Jolien. Hij heeft ons verschillende adresjes gegeven die we zeker nog eens moeten bezoeken voor we terug naar België vertrekken. Je zal er zeker over lezen in mijn volgende blogberichten. Daarna zijn we de palmentuin gaan bezoeken. Dit is letterlijk een tuin vol met palmen. De tuin bevindt zich in het centrum van Paramaribo waar het heel erg druk is, toch kan je hier helemaal tot rust komen. Je hoort geen moto’s, brommers of claxonerende auto’s, enkel fluitende vogels. ’s Avonds zijn we bij onze buurman om vlees geweest, hij verkoopt kip, karbonade en ribbetjes op de barbecue. Heel erg lekker! Zondag zijn we vooral bezig geweest met het voorbereiden van onze lessen die we maandag zouden geven. We krijgen enkel onze lessen die we de volgende dag moeten geven, dus we kunnen nooit veel op voorhand doen. ’s Avonds zijn we naar de mis geweest. Dat was ook een hele beleving en het deed me heel erg terugdenken aan de missen die ik in Ghana ook heb meegemaakt. Eerst en vooral zijn al de mensen heel erg mooi gekleed, er was een gezin met drie kinderen die allemaal een outfit aanhadden dat gemaakt was van dezelfde stof. De mis zelf heeft drie en een half uur geduurd, ja je leest het goed! Het eerste deel was heel erg leuk, want toen stond iedereen recht en was iedereen aan het dansen en zingen. Pas na een half uur begon de mis echt en onze franc viel al snel. De hele mis werd verteld in het Sranan. De lokale taal waar we bijna niets van begrijpen. Gelukkig vielen we op met onze vier witte koppen (we waren de enigste blanken daar) en had de pastoor ons ook gezien. Hij heeft ervoor gezorgd dat we elk een tolk kregen die de mis voor ons zou vertalen. De pastoor heeft enkele paragrafen en spreuken uit de bijbel gelezen en bij elke paragraaf of spreuk, hoorde een verduidelijking of een toneeltje. Dit zorgde voor wat afwisseling, ook maakte de pastoor soms grapjes, iets dat we ons in België niet zouden kunnen inbeelden. In deze mis stond het huwelijk centraal, dat je goed moet communiceren met elkaar, dat je moet blijven investeren in je relatie, dat het werk nooit af is. Op het einde van de mis, moesten alle nieuwe kerkgangers, dus ook wij, vooraan aan het altaar komen staan. Daar heeft de pastoor ons welkom geheten, heeft hij al onze zonden weggewassen en heeft de hele kerk voor ons gebeden omdat we eindelijk het goede pad hadden gevonden. Na deze mis hadden we allemaal heel erg honger, want we hadden niet meer gegeten sinds de middag. We gingen koken, maar omdat onze buikjes te veel gromden, hebben we allemaal een pakje instant noodles gekocht en was het eten klaar op vijf minuten. Zo dat was het weer, hopelijk heb ik jullie terug een beetje wijzer kunnen maken over het Surinaamse leven. Toedeloe!!! Hallo iedereen, Ik val meteen met de deur in huis, afgelopen week was een drukke week. We (Camille en ik) hebben een bezoek gebracht aan het CPI, Christelijk Pedagogisch Instituut, dat is de lerarenopleiding hier in Suriname die ons begeleidt. We hebben kennis gemaakt met onze begeleiders en hebben een gesprek gehad over hun verwachtingen tegenover ons. We waren allebei onder de indruk van het gesprek, want ze verwachten heel veel. Ze vonden het raar dat wij nog geen project hadden om uit te voeren, maar wij wilden liever eerst observeren om dan vanuit onze observaties een project op te starten. Zodat we met ons project echt aansluiten bij de noden van het Surinaams onderwijs. Na het gesprek zijn we een beetje gaan ontspannen in de Zus&Zo, een cafeetje dat heel bekend is bij toeristen. In de Zus &Zo hebben we ook fietsen gehuurd voor de komende maanden. We zijn van plan om elke dag met de fiets naar onze stageschool te fietsen. De eerste dagen had ik veel stress bij het fietsen omdat je met heel veel dingen moet rekening houden. Zo zijn er geen remmen, maar moet je achteruit trappen om te remmen, moet je links rijden en heel erg voorzichtig fietsen, want de auto’s, maar vooral de brommers rijden heel erg dicht en zouden je zo omver rijden. De dagen erna zijn Camille en ik gaan observeren in onze stageschool, de Sint-Bernadetteschool en zijn Justine en Jolien in hun stageschool, de Pandit Ramadharschool, gaan observeren. Het fietsen naar onze school was een heel avontuur, want wij hadden deze weg nog maar een keer gedaan met de auto. Het is wel leuk als je aan het fietsen bent en een hele rij auto’s kan voorbijsteken die in de file staan. ’s Morgens is het heel erg druk en zijn er veel files, maar met de fiets heb je hier niet zoveel last van. Eenmaal aangekomen op onze stage hebben we alle klassen bezocht en hebben we onze stageklas gekregen. Camille en ik staan allebei in het tweede leerjaar. Camille staat in klas twee A bij juf Farida en ik sta in klas twee B bij juf Garsita. Ik had eerst 29 leerlingen, maar sinds vandaag 30 leerlingen en Camille had er eerst 27, maar sinds vrijdag heeft ze er 28. Je ziet het, het zijn er redelijk grote klassen en als je naar de klas gaat, weet je nooit hoeveel leerlingen er zullen zijn. Een normale Surinaamse schooldag begint om 8 uur en eindigt om 13 uur. Er is om 10 uur een halfuur pauze om een tussendoortje te eten. Deze tussendoortjes nemen wel grote porties aan, zo hebben sommige leerlingen een bakje patat (bakje frieten) en een frikandel mee. Ook wordt er op school snoep en frisdrank verkocht. Water verkopen ze niet meer, omdat dit niet genoeg werd verkocht. Van gezonde tussendoortjes, zoals we in België gewoon zijn, kunnen we niet spreken, ook fruit heb ik nog niet op de speelplaats gezien. De dag begint met een assembly, waar de hele school het Surinaams volkslied zingt en waar de Surinaamse vlag wordt opgehesen. De leerlingen bidden ook vijf keer per dag: een keer bij de assembly, een keer als de lessen beginnen, een keer voor en na de pauze en een laatste keer vlak voor ze naar huis gaan. Verder is de manier van lesgeven ook verschillend dan die van ons. Als eerste zijn de klassen redelijk groot. Er worden (bijna) geen muzische lessen, tussendoortjes, wereldoriëntatie, … gegeven. Ze krijgen dus vooral wiskunde en taal. Deze lessen zijn heel theoretisch en duren vrij lang, gemiddeld 2 uur. Dit komt omdat de leerlingen geen werkboeken hebben en alles moeten overschrijven in een schriftje. Dit is voor een tweede leerjaar moeilijk en veel. Tijdens het observeren probeer ik de zwakke leerlingen meer te ondersteunen. Zo gebruikte ik dopjes om de maaltafel van 3 aan te leren, vertel ik verhaaltjes om iets duidelijk te maken, ... Ze hebben ook een keer in de week gymles, hierbij heb ik de leerlingen geholpen om een bal te leren gooien. Vandaag zou ik ook nog een dag observeren, maar na de wiskundeles kwam juf Garsita vragen of ik de taalles kon geven. Ik had dit niet voorbereid, maar ik heb er toch het beste van proberen maken. Dit door er af en toe iets speels aan toe te voegen. Na de taalles, heb ik ook nog een schrijfles en een leesles moeten geven. Dit allemaal zonder voorbereiding. De kinderen van mijn klas zijn heel erg lief maar er zitten ook een paar sloebers tussen. Het is een uitdaging om alle namen te onthouden, zo heb ik Kimberley en John, maar ook Ocean en The-Sean zijn namen die voorkomen. De meisjes zijn iets makkelijker te onthouden omdat ze allemaal een verschillend kapsel hebben. De ene heeft vlechtjes, de andere dotjes, de ene heeft rode parels en de andere blauwe, … De kinderen zijn heel erg lief en zijn altijd heel enthousiast als ze Camille en mij door de schoolpoort zien wandelen. We krijgen honderd knuffels en onze handen worden niet meer losgelaten. Verjaardagen worden ook heel uitgebreid gevierd. Zo brengt de jarige een traktatie mee voor de hele klas en voor alle leerkrachten van de hele school. Er worden liedjes gezongen en de jarige moet niet in uniform naar school komen. Alle andere leerlingen dragen een jeansbroek en een groen-wit geruit hemd. Hier in Suriname spreken ze Nederlands, maar toch zijn er enkele taalverschillen. Zo moeten wij heel traag praten, anders verstaan ze ons niet. Sommige woorden hebben hier ook een andere betekenis of kennen ze hier helemaal niet. Zo mogen de kinderen niet rennen op de speelplaats, maar wel lopen, want lopen staat hier gelijk aan stappen. Een gom kennen mijn leerlingen niet, zij noemen een gom een veger. Camille en ik hadden ook een nieuwe gsm nodig om onze lokale sim-kaart te gebruiken. We hebben aan verschillende mensen gevraagd waar we een gsm konden kopen, maar ze verstonden ons niet. Nadat we dit aan enkele mensen hadden gevraagd, vroeg iemand of we een mobieltje bedoelden. Je ziet het al, het taalverschil kan soms tot grappige misverstanden leiden. We hebben ook al verder kennis gemaakt met de Surinaamse keuken. Ze gebruiken heel veel pindasaus in hun gerechten, in sausen of om te marineren. Mmmmmmmm! Als je eten op straat koopt, krijg je heel grote porties. Je kan meestal kiezen tussen een small, medium of large. Wij nemen een small en hebben dan nog te veel. Voor jullie denken dat wij hier zelf niet koken, dat is niet waar! We hebben afgelopen week verschillende keren gekookt, hierbij proberen we zoveel mogelijk Surinaamse ingrediënten te gebruiken. Meestal kiezen we een gerecht, gaan we naar de Chinees en proberen we daar zoveel mogelijk ingrediënten te kopen van ons gerecht. De ingrediënten die we niet vinden, vervangen we door andere die we als vervangmiddel kunnen gebruiken. Ons oorspronkelijk gerecht krijgt dus zeker een Surinaamse toets. Zo hebben we zelf al kokosrijst gemaakt die heel erg lekker was, een stoofpotje met aubergine, … Veel van groenten en fruit komen van de centrale markt. Deze is elke dag open en hier kan je heel goedkope, lekkere en verse dingen kopen. Als laatste vertel ik jullie wat we dit weekend hebben gedaan. Zaterdag is kuisdag, dus dan hebben we ons huisje gekuist. We zijn ook met onze huisbazin Jetty, die veel ontwikkelingswerk doet, naar een bib geweest. Daar hebben we met verschillende kinderen geknutseld, ook kwamen er verschillende kinderen van een internaat/weeshuis. Deze waren heel blij met alle knutselwerkjes die ze gemaakt hadden en ze fleurden op bij elk complimentje dat ze kregen. Het waren heel schattige kinderen die graag knuffelden. Zondagmorgen hebben we buiten ontbeten, het was prachtig weer. Daarna hebben we Fort Zeelandia bezocht. Hier hebben we een gratis rondleiding gekregen en zijn we heel veel te weten gekomen over het fort en over de geschiedenis van Suriname. Ook heeft de gids veel vertelt over de bekende decembermoorden die er plaats hebben gevonden. Daarna hebben we een kleine tentoonstelling bezocht ‘fu moi moi’ Het versierde lichaam. Het ging over schoonheidsidealen van de verschillende bevolkingsgroepen in Suriname van vroeger en nu. Als we terug thuis waren, hebben Camille en ik onze buurt een beetje verkend. We zijn op stap gegaan en hebben een leegstaande woning verkend, waar enkel het skelet (pilaren en plafond) van was gebouwd. We zagen ook heel veel verschillende mensen die heel erg mooi gekleed waren. We dachten eerst dat er ergens een feest was, maar eenmaal de muziek begon, wist ik al dat het de mis was. We zijn een kijkje gaan nemen en het was inderdaad de mis. De mensen waren heel uitvoerig aan het dansen en zingen. We werden ook meteen uitgenodigd. Spijtig genoeg waren we er niet op gekleed, maar we hebben afgesproken om volgende week een mis bij te wonen. Jullie zullen dan in mijn volgende blogbericht kunnen lezen hoe het is verlopen. Mo syi (tot ziens) Warme groetjes van mezelve Xxx Heej Fa, Hallo, Welkom op mijn eerste blogbericht. Ik ga jullie kort vertellen hoe de afgelopen dagen geweest zijn. Geniet ervan! Donderdag zijn we (Camille en ik) heel vroeg in de morgen (4u30) richting Schiphol vertrokken. Onze vlucht is goed verlopen. We kregen veel eten, konden films kijken, spelletjes spelen en ik was in uitstekend gezelschap. Op de luchthaven stond Tjoen ons op te wachten, Tjoen is een Surinamer die zich over ons ontfermt gedurende ons Surinaams avontuur. Tijdens onze rit van de luchthaven naar ons huisje heeft hij ons een snelcursus over de Surinaamse cultuur gegeven. Hier een korte opsomming van enkele belangrijke regels: altijd je schoenen uitdoen als je ergens binnenkomt, heel beleefd zijn, iedereen aanspreken met meneer en mevrouw, als Surinamers eten of drinken aanbieden, mag je dit nooit weigeren, … Een van de belangrijkste regels is dat we onze lijfgeuren goed moeten camoufleren, dit door dagelijks minstens één keer te douchen en veel deodorant te gebruiken. Het is hier warm (gemiddeld 30°C) en een koude douche doet echt wel deugd! Eenmaal aangekomen in ons huisje, stond onze huisbazin Jetty ons op te wachten. Tjoen zorgde ervoor dat ook Jetty ons onder haar vleugels nam. Ze gaf ons een rondleiding in het huisje en de dag erna is ze ons komen ophalen om inkopen te doen. Dit was ook een hele beleving. Ik denk dat je om de 100 meter een supermarkt hebt, de ene al wat groter dan de andere. Ze zien er wel allemaal hetzelfde uit. Je kan het een beetje vergelijken met een nachtwinkel in België waar het hondenvoer naast de frisdrank staat. Je moet dus alle gangen afgaan voor je gevonden hebt wat je zoekt. Verder hebben we Paramaribo zelf een beetje verkend. We zijn met een bus naar het centrum gereden. Dit was een hele belevenis op zich, want je moet aan een bushalte gaan staan en hopen dat er een bus komt. Daarbovenop rijden ze hier links en wie het meeste durf heeft in het verkeer, krijgt voorrang. Het links rijden is echt een grote aanpassing voor mij, want ik denk vaak dat we gaan botsen als we ergens afslaan omdat de chauffeur de bocht te groot pakt, maar dan komt het besef terug dat het hier normaal is. Verder heb je ook heel gevaarlijke drempels, je moet bijna vanuit stilstand erover rijden en toch word je nog helemaal door elkaar geschud. (Voor de mensen die in Gavere wonen, het is vergelijkbaar met de drempel op de berg, alleen heb je hier zo een drempel om de honderd meter.) We zijn ook al gaan zwemmen in het openbaar zwembad Parima en we hebben de markt bezocht. Op deze markt rook je duizend verschillende geuren, de ene al wat aangenamer dan de andere. De ene mango zag er ook al smakelijker uit dan de andere. Tjoen heeft ons ook een rondleiding gegeven in Paramaribo en heeft ons verschillende dingen aangeraden die we zeker eens moesten doen of bezoeken. Hij weet heel veel over Paramaribo en wil al zijn kennis delen met ons. We hebben ook al kennis gemaakt met de Surinaamse keuken. De gerechten die we al gegeten hebben, waren echt lekker en zijn ook heel gevarieerd. Dit komt door de verschillende bevolkingsgroepen hier in Suriname zoals Marrons, creolen, hindoestanen, Chinezen, … Verder ben ik ook een kleine verslaving aan het opbouwen voor pindakaas (pindanootboter zoals mijn huisgenoten zeggen).
Mijn eerste indrukken over Suriname zijn alvast heel positief. De mensen zijn heel vriendelijk en familiaal. Het eten is lekker en pikant (zoals ik het graag heb). Hier in Suriname kan ik ook vaak een link leggen met Ghana. Er zijn heel veel zaken die ik herken uit Ghana en dat is leuk, maar er zijn evenveel zaken hier in Suriname waar ik van verschiet. Zo dat was het dan, mijn eerste blogbericht! Vele groetjes uit het zonnige Suriname. |
AuteurElissa De Coker Archief
Mei 2017
Categorieën |